Oven voorverwarmen op 180 °C.
Neem een Inox pan (geen Tefalpan) en smelt hierin de hoeveboter.
Kruid ondertussen de hazenruggen met flink wat peper en rotszout.
Van zodra de boter ietwat begint bruin te kleuren en te schuimen leg je het vel en de hazenruggen op hun kant in de pan. Laat de ruggen een 150 tal seconden bruinen aan 1 kant en dan 150tal seconden bruinen aan de andere kant.
Doe de langs beide kanten gebruinde ruggen in een ovenschotel, leg er een vel aluminiumfolie over en laat verder braden in de oven. Vraag je vleeshandelaar om raad voor de gaartijd: rose is tussen de 10 en 12 minuten, a point is tussen de 14 en 16 minuten.
Ondertussen maak je de portosaus met het braadvocht in de pan: blus de warme pan met de portowijn en roer de aanbaksels los.
Voeg er de bouillon, confituur, azijn en room aan toe en laat tot de gewenste dikte inkoken.
Voeg indien gewenst een eetlepel extra hoeveboter toe, doe de bessen bij de saus, proef en voeg indien nodig meer kruiden toe.
Verwijder het vlees van de hazenruggen (ontbeen), snijd in schijven en serveer met de jus.