Een lekker aperitiefhapje: inktvisringen bakken in een lekker beignetbeslag met bier, geserveerd met verse tartaarsaus: gebruik verse inktvis of ringen uit de diepvries.
Gebruik je verse inktvis, koop dan een groot exemplaar, zodat je het direct zelf in grote ringen kan snijden (in de breedte dus).
Om de beignets iets te laten zwellen wordt bier gebruikt: de alcohol verdampt tijdens het bakken en maakt zo het beslag luchtig. Om nog meer lucht in het verse beslag te krijgen , wordt het eiwit opgeklopt.
Voor tartaarsaus neem je verse mayonaise, voeg er verse, fijngehakte tuinkruiden aan toe (of gewoon peterselie en sjalot), wat kappertjes of zure augurkjes en een hardgekookt ei. Maak de saus wat dunner door bijvoorbeeld wat melk toe te voegen en roer alles goed om. Kruid verder met peper en zout naar smaak.
Inktvisringen recept
Voor het beignetbeslag:
- 2 biologische eieren
- 4 eetlepels bloem
- 2 eetlepels Hoegaarden
Voor de inktvisringen:
- verse inktvis
- peper, zout en indien gewenst lookkruiden
Voor het paneren:
- extra bloem
Hoe inktvis bakken
- Scheid de 2 eierdooiers en doe in een kom.
- Doe er 4 eetlepels bloem bij, de 2 eetlepels bier.
- Klop in een andere kom het eiwit stijf.
- Neem een handgarde en meng in de eerste kom het bier met de dooiers en de bloem tot een beslag.
- Giet dit beslag bij het stijfgeklopt eiwit en meng met de handgarde gewoon weer door elkaar.
- Kruid de inktvisringen met peper, zout en lookkruiden.
- Dep de inktvisringen eerst in de bloem leg ze dan in het beignetbeslag, werk ze met een vork om zodat ze volledig met beslag bedekt worden en bak onmiddellijk in heet frituurvet: allemaal mooi naast elkaar in een 5tal minuten goudbruin bakken (op tijd omdraaien) zonder dat ze te dicht tegen elkaar gaan plakken en zeker niet op elkaar.
- Leg de gebakken inktvisringen even op keukenpapier, strooi er indien gewenst extra wat zout over en serveer met sla en tartaarsaus.